Licht zoete, krokante chocolade koekjes met een smeuïge en naar kardemom ruikende vulling.
Dit heb je nodig
het deeg
- 125 g tarwebloem
- 50 g suiker
- 60 g koude boter, in blokjes
- 1 eierdooier
- 1 el cacaopoeder
- snufje zout
vulling
- 500 g gedroogd fruit (dadels, abrikozen, pruimen, veenbessen, appels, peren, …)
- 4 el gehakte walnoten
- 3 el bosbessenconfituur
- 1 el vanille-extract
- 1/2 tl gemalen kardemom
- 100 ml honing
- 50 g bruine suiker
- 1 el bloem
Zo maak je het
Doe de blokjes boter in een kom en meng met de suiker. Voeg de eierdooier, cacao en de helft van de bloem toe en begin te kneden. Voeg de rest van de bloem toe en kneed het geheel tot een homogene massa. Verpak het deeg in plasticfolie en laat het 30 minuten rusten in de koelkast.
Hak het fruit en leg de stukjes in een pannetje samen met het vanille-extract, kardemom, honing en suiker. Giet een glas water erbij en laat het geheel gedurende 10 minuten op middelhoog vuur stoven. Haal van het vuur en meng met de bloem en bosbessenconfituur. Voeg tenslotte de noten toe.
Vet de cakevormpjes in met boter en bestrooi met bloem. Haal het deeg uit de koelkast en rol uit op een met bloem bestoven werkvlak tot een cirkel van 1/2 cm dikte. Druk met een glas cirkels uit het deeg en bekleed de vormpjes. Verdeel de vulling over de taartjes en zet in de oven. Bak 20 minuten op 180°C. Haal uit de oven en na 10 minuten haal je de taartjes voorzichtig uit de vormpjes, laat ze afkoelen op een rooster.
Lekker met slagroom.
Smakelijk!
Geef een reactie